Theo's zaad wordt altijd bewaard

“Iedere man was jaloers op African Drum de hengst. Koud van de wagen dekte hij hop, hop, hop, hop de vier merries die op een rij stonden. Terug de wagen in en op het volgende adres hetzelfde liedje.” Theo Bastiaens herinnert zich het nog goed. Hij was nog een jonge man en opgegroeid met paarden om zich heen. Als jong ventje kreeg hij op z’n 10de z’n eerste veulen. Een jaar later werd deze weer door z’n pa verkocht. Tranen met tuiten natuurlijk. Om vervolgens weer een nieuw veulen te krijgen en deze ook weer opnieuw aan een koper te verliezen. Welkom in de paardenhandel, wilde zijn vader meegeven.
Theo Bastiaens zou zo een personage kunnen zijn uit het boek ‘Beschouw ons maar als een uitzondering’ van Arjeh Kalmann. Dit boek bevat een bundeling van portretten van mooie en bijzondere mensen. Theo is een verhalenverteller met baret, bretels, geruite blouse en licht voorovergebogen loopje. Herkenbaar uit duizenden. Op zaterdags rijdt hij vier uur met de trekker van Beek (Zuid-Limburg) naar Afferden (Noord-Limburg) om met z’n trekpaarden en ploeg de akker bij ons op de boerderij om te ploegen.
Ik loop achter de ploeg, met de teugels in handen. “Kijk naar de trekpaarden.” Ik hoor het Theo zeggen. De ruinen Sjarrel en Nicola dampen van het zweet. Zoals wel vaker het geval is gaan werken op het land en goede gesprekken wel samen. Terwijl ik tips van Theo krijg over het volgen en trekken van een voor (dit is een ander woord voor een groef in de grond), vraag ik hem of hengsten speciaal voer krijgen die hun paringsdrift vergroten. “Tja, een paar treeën eieren ging er zo bij ze in. Daarnaast kregen de hengsten ook lijnzaad, kempzaad en haver te eten naast goed grashooi. Brokken en biks waren er toentertijd nog niet. Net als kunstmatige inseminatie. De hengsten dekten zelf de merries.”
“Tegenwoordig krijgen de dekhengsten een wetenschappelijk uitgekiend rantsoen en daar waar nodig aangevuld met mineralen- en vitaminemengsels. Zij komen niets te kort,” aldus Theo. Alhoewel.. “Natuurlijke dekkingen zijn er bijna niet meer. Dekken op de dekbok en als handige hulp een man of vrouw met een grote kunstvagina. Het ejaculaat wordt direct gecontroleerd op voldoende levende zaadcellen, verdund, verpakt ingevroren of verstuurd als verssperma naar de kopers.” Mm, mij klinkt dit allemaal behoorlijk lustafwekkend in de oren.
De professionele paardenfokkerij heeft Theo inmiddels achter zich gelaten. Theo is als liefhebber pur sang begeesterd om zowel het ambacht - ploegen met paarden - als de oude graangewassen in stand te houden. Theo heeft maar liefst 120 verschillende graansoorten en kweekt zaden die zelfs naar de ’s werelds belangrijkste genenbank in Spitsbergen gaan. Theo’s zaad wordt voor altijd bewaard, kunnen we wel stellen.
Wanted: jouw filmpje of ervaringsverhaal van een dozijn rauwe eieren atten en de invloed die het op je libido heeft ; )
Fotografie: Albert de Hollander, 2017